Herdenking afschaffing slavernij

De herdenking van de afschaffing was een kleurrijke viering.

Dag van de herdenking en viering van de afschaffing was veelkleurig

Meer dan 120 personen waren in de Franciscuskerk aanwezig bij de dag van de herdenking en viering van de afschaffing van de slavernij in 1863 in Suriname en de Nederlandse Antillen. Mensen van allerlei culturele achtergronden lieten zich zien waarbij vooral de Surinaamse cultuur domineerde, maar er waren ook veel witte en zwarte mensen naar de kerk gekomen.
Als hoofdspreekster gold Kathleen Ferrier, dochter van de eerste President van Suriname Johan Ferrier (1975/1980). Zij ging vooral in op de historische banden met Suriname, de slavernij toen en nu en het moeizaam samenleven in Nederland. Zij kreeg voor haar geweldige lezing veel applaus. Burgemeester Paul Depla ging met name in op de relatie tussen de Vrede van Breda. Op 31 juli 1667 werd de kolonie Suriname afgestaan door de Engelsen aan de Nederlanders in ruil voor de kolonie Nieuw/Amsterdam (New York)
In Noord/Amerika.. Ook het feit dat het koninklijk huis slaven had op de het Kasteel van Breda vermeldde hij. (Zie voor zijn speech)
Daarnaast sprak de Surinaamse Bredanaar Roy Emanuel over het belang van de educatie in het thema slavernij.
Het geheel werd op geluisterd door de Surinaamse band Moksi Lobi en andere lokale artiesten zoals Anouschka Stulting, Loveness en Serafine, het danspaar Benjamin en Steffie en een Surinaamse Indiaanse dansgroep.
Al met al een zeer geslaagde activiteit, dat zeker moed geeft aan de Stichting Herdenking en Viering afschaffing Slavernij i.o. om door te gaan met name in het thema educatie.


Integrale weergave van de toespraak van burgemeester Depla van Breda.

Herdenking afschaffing slavernij d.d. 4 juli 2020.
Thema: Vrede van Breda – slavernij in Suriname:

Dames en heren, beste aanwezigen,

1 juli is een bijzondere dag.
Dan is het Keti Koti, de dag dat de afschaffing van de slavernij wordt herdacht en gevierd.
VANDAAG mag ik samen met u hier in Breda, stil staan bij de afschaffing van de slavernij en het vieren van onze vrijheid.
Door het coronavirus IN deze Franciscuskerk en niet BUITEN bij de Vredesduif.
De Vredesduif, een symbool voor verdraagzaamheid en respect voor elkaar.
Een symbool dat aanmoedigt om met elkaar in gesprek te gaan.
Een symbool dat zorgt voor verbinding tussen mensen.
Verbindingen die we graag maken in Breda.
We hebben niet voor niets het slogan: “Breda brengt het samen”

Ik vind het belangrijk samen stil te staan bij de afschaffing van de slavernij en het vieren van onze vrijheid.

Maar het is niet alleen belangrijk. Het is, om de woorden van minister Wouter Koolmees tijdens de herdenking van de afschaffing van de slavernij van vorig jaar te herhalen ook:

“moeilijk.”

“Moeilijk om woorden te vinden die recht doen aan dat verleden, en aan de pijn die het nog steeds veroorzaakt.

Moeilijk omdat dit gezamenlijke verleden voor velen nog onbekend is.”

Daarom is het goed dat aan dit gezamenlijk verleden gelukkig steeds meer aandacht wordt besteed.
Een geschiedenis waar in steeds meer plaatsen in Nederland door middel van herdenkingen bij wordt stilgestaan.
Waar vele boeken over worden geschreven.
Waar musea steeds vaker tentoonstellingen laten zien.

Dat is belangrijk omdat daarmee over deze geschiedenis verhalen worden verteld, die tot voor kort niet verteld werden. Waar tot voor kort geen ruimte leek te bestaan. Vaak weggedrukt. Maar daarmee niet weg.

Met Keti Koti herdenken we de slavernij; een donker verleden aan uitsluiting en ongelijkheid. Een tijdperk waarvan men zich nu moeilijk kan voorstellen dat het ooit heeft bestaan. Toch sijpelt er in onze huidige samenleving nog steeds een naar overblijfsel door wat zijn grondslag heeft in die tijd. Iets wat er voor zorgt dat er zowel bewust als onbewust nog steeds onderscheid wordt gemaakt.

In het gaande debat over racisme werd ik getroffen door een uitzending van Studio Sport. Naast Edgar Davids was Terrance Pieters aanwezig. De dood van George Floyd was voor hem aanleiding om niet langer meer te zwijgen over de pijn van het verleden.

De pijn die hij tot op de dag van vandaag voelt en die hem tot op de dag van vandaag wordt aangedaan.

Bewust, maar soms ook onbewust.

Terrance vertelde op een rustige toon dat die laatste categorie vaak het meeste pijn doet. Omdat mensen het juist onbedoeld doen.
Dat onbedoelde kun je alleen oplossen door het gesprek aan te gaan. Door duidelijk te maken hoe woorden over kunnen komen. Hoe goed bedoelde woorden ook juist anders geïnterpreteerd kunnen worden.

Verbinding maken, kan dan juist een averechts effect hebben.

Ik moest aan de woorden van Terrance denken toen ik uw brief las. In mijn – voor mijn gevoel stellige afwijzing van het racisme – had ik verteld dat racisme niet past in een gastvrije stad die we als Breda zijn. Een opmerking die goedbedoeld was. Waarmee ik wilde zeggen dat er geen plaats voor racisme is in Breda. Maar waarvan bij u het beeld ontstond dat bepaalde Bredanaars nog steeds als gast werden gezien, terwijl velen van hen al lang of zelfs al vanaf hun geboorte in Breda wonen. Hoezo dan toch worden bestempeld als gast?

De eerste vraag die in mij opkwam is: “hoe komt u daar nu bij”. Terwijl ik me later besefte dat de eigenlijke vraag zou moeten zijn: “Hoe komt het dat mijn opmerking zo bij u overkomt”.

Uiteindelijk draait het om perceptie. Hoe goed bedoeld en met de juiste intenties een opmerking ook gemaakt wordt,
het valt of staat met het je kunnen verplaatsen in het perspectief van de ander. Dát is in de huidige tijd echt nodig om verbindingen te maken. Jezelf in de schoenen van de ander kunnen zien, en je oogkleppen afzetten.

En voorkom zelfgenoegzaamheid. Want dat maakt ons blind voor eigen falen. En wellicht hebben we in Nederland daar vaak wat te veel last van.

Als bijvoorbeeld een Russische schaatser de wedstrijd wint denken we “zou er doping in het spel zijn”?
Dat denken we niet als een Nederlandse schaatser de wedstrijd wint. Want Nederlanders gebruiken geen doping, denken we. En dus juichen we bij onze wielrenners en schaatsers. Verketteren we de mensen die ons naïeve ogen willen openen.
Zoals dat geldt voor doping, geldt dit waarschijnlijk ook voor het racisme. Racisme bestrijden we, zeggen we. Maar Nederland is tegelijkertijd niet racistisch. Dus iedereen die daarover kritische vragen stelt, raakt dan vaak een gevoelige snaar. En kan vaak een bak aan kritiek tegemoet zien.

Daarmee wordt het lastig om een open en respectvol gesprek te voeren over racisme. In de huidige tijd en in het verleden.

Ook de geschiedenis van Breda kent een slavernijverleden.
De Nassaus hadden slaven op het Kasteel van Breda.

Chocoladewerkfabriek Kwatta, ongetwijfeld bij u bekend, heeft ook duidelijke sporen naar het slavernijverleden.

Wellicht is de Surinaamse slavernij zelfs wel in Breda geboren?
Breda heeft dan wel nooit een zeehaven gehad en was dus ook nooit een thuishaven voor de slavenhandel.

Maar met de Vrede van Breda hier op het kasteel van Breda werd het einde van de Oorlog met het Verenigd Koninkrijk bezegeld door de ruil van het huidige New York met Suriname. Daarmee werd de weg vrijgemaakt voor de Trans-Atlantische slavenhandel.

Vandaag herdenken we dat het dit jaar 157 jaar geleden is dat Nederland de slavernij formeel heeft afgeschaft.

De eerste Surinamers die zich in Breda vestigden waren:
Anna, Laloupe en Joost.
Als slaven wel te verstaan.

Bedienden van Wigbold Crommelin; gepensioneerd gouverneur van Suriname. Omdat in Nederland de slavernij was afgeschaft kregen Laloupe en Anna na een betrekkelijk korte periode hun vrijheid. Ze verloren daarmee hun slavenstatus. Ze werden zelfs gedoopt in de Grote Kerk.

Joost was een sociëteitsslaaf en moest terug naar de slavernij in Suriname.

Dames en heren, achter deze verhalen gaat ontzettend veel leed schuil. Verhalen uit ons gezamenlijke verleden.
Zo zijn er nog vele verschrikkelijke verhalen.
En ik vind het belangrijk dat deze verhalen verteld worden.
Dat nazaten van het slavernijverleden, waaronder aanwezigen hier vandaag, deze verhalen vertellen en delen.
Niet alleen dat u deze verhalen vertelt aan diegenen die nu naast u zitten, maar dat de verhalen zo bekend worden dat iedereen ze kent en iedereen ze kan vertellen.
Het is aan ons allemaal om naar de verhalen te luisteren, de geschiedenis binnen te laten.

Om zo meer begrip voor elkaar en voor elkaars verleden te krijgen.

Door alle verhalen te vertellen en gezamenlijk het slavernij verleden onder ogen te zien kunnen we aan een gezamenlijke toekomst bouwen.
Een toekomst met elkaar en voor onze kinderen en kleinkinderen.

Dames en heren,
Naast het herdenken hebben we ook iets te vieren.
We vieren de afschaffing van de slavernij.
We vieren de kracht van diegenen die tegen slavernij hebben gestreden.
We vieren ons vertrouwen in een toekomst van verdraagzaamheid en respect voor elkaar.
We vieren vandaag dat we in vrijheid zijn verbonden.
Daarom vind ik het zo belangrijk dat we vandaag stilstaan bij de afschaffing van de slavernij.
Dat is de betekenis van Keti Koti. (Dag der Vrijheden).

Dank u wel.